Roodsnavel Toekan

Het woongebied van deze toekans ligt in Zuid Venezuela, de Guyana's, Suriname en Brazilië ten noorden van de Amazone.
Natterer trof ook exemplaren aan langs de Rio Madeira, de Rio Negro en Rio Branco.
Deze stroomgebieden zijn door dicht oerwoud omgeven.
De vogels houden zich daar alleen in de hoogste toppen der bomen op, waar ze zich tegoed doen aan vruchten.
De geluiden, die ze voortbrengen doen aan het piepen van jonge hondjes denken en klinken als "pia po oo co", waardoor ze bij de inwoners ook de naam Piapoco dragen.
Ze kunnen echter ook schelle kreten doen horen.

De Roodsnavel Toekans werden reeds in 1758 door Linnaeus beschreven en behoren tot de eerste die levend Europa bereikten en in dierentuinen bestudeerd konden worden.
Hoewel de reizigers verklaren dat deze vogels uitsluitend van vruchten leven, blijken ze in gevangenschap een grote voorkeur voor vlees te hebben, zodat geen mus of muis veilig voor hen is.

Dat dit er op wijst, dat ze ook in de vrije staat dierlijk voedsel eten, in de vorm van de insekten, die ze in de tropische wouden in overvloed aantreffen, lijkt mij voor de hand liggend.
Er bestaat een tekening van Merian in het Britse Museum, waarop deze toekan is afgebeeld met een kleine vogel in zijn snavel.
Ze nestelen in holle bomen.

Bij talrijke exemplaren, die sedert 1859 zijn ingevoerd worden grote verschillen in formaat en kleur van de snavel vastgesteld.
In de oudere litteratuur worden de namen "erythorhynchus", "haematorhynchus" en "monilis" voor deze soort gebruikt.
