Home Andigena laminirostris

Blauwe bergtoekan


Deze toekans hebben zeer vreemd gevormde snavels. Aan beide kanten van de bovensnavel komt een hoornplaat voor, izabelkleurig en naar achteren geheel vergroeid met het donkerrode basisgedeelte van de snavel, maar aan de voorkant los erop liggend. De plaat is zo dik, dat hij over de brede ondersnavel uitsteekt. De vogels leven in de subtropische en gematigde zones van het Andesgebergte in Zuidwest Colombia en West Ecuador, en Gould had slechts de beschikking over een paar exemplaren voor zijn plaat omdat de vogels pas in 1849 ontdekt waren. Hij constateerde formaatverschillen van de snavels, waaruit hij afleidde dat het vrouwtje vermoedelijk een kleinere snavel zou hebben; in kleur en tekening zijn beide vogels gelijk.


Daar men over de levensgewoonten nog geen bijzonderheden kent, is het doel van de snavelplaat ook onbekend. De bovenkop en nek zijn zwart, de rug en vleugels goudbruin en de staart leigrijs met grote roodbruine punten aan de middelste pennen.
De stuit is groenachtig geel en de bovenstaartdekveren zijn donkergroen.
De onderdelen zijn askleurig blauw en aan beide flanken komen gele vlekken voor, de dijen zijn donker kastanjebruin.


De naakte huid boven het roodachtige oog is geelachtig groen, die eronder geel.
Het basisgedeelte van de snavel is donkerrood, de rest zwart met uitzondering van de ivoorkleurige platen.